“Minimum twee slaapkamers, extra bureauruimte, grote tuin en garage... én een beperkt budget. Dat is geen makkelijke opdracht.”
Begin dit jaar klonk op Radio 2 nog een noodkreet van Bea Vandendael, vaste makelaar in het programma. Ze was nog steeds wanhopig op zoek naar een huis in Limburg met twee slaapkamers en een tuin. Het budget: 170.000 euro. “Vaak zijn het jonge mensen aan het begin van hun zoektocht. Zij vertrekken onbewust met veel te hoge verwachtingen en komen volledig gedesillusioneerd in de markt terecht,” zegt Nicolas. “Zonder negatief te worden, proberen wij hen in eerste instantie een goed beeld te schetsen van de realiteit op de huizenmarkt. Hebben ze al eens met de bank samengezeten, weten ze hoe een maandelijkse afbetaling is opgebouwd, hoeveel eigen inbreng mogelijk én nodig is … Het zijn allemaal zaken waarmee kopers
rekening dienen te houden.”
Potentiële kopers aan het begin van hun zoektocht met de voeten op de grond zetten is niet altijd een fijne boodschap om over te brengen, beseft ook Nicolas: “Als makelaar kennen we de prijzen en de realiteit. Het is onze taak hierover helder en open te communiceren, en tegelijk ook oplossingen en alternatieven aan te reiken.”
Niet meer in de jaren '60
Dat het verwachtingspatroon van kopers alsmaar onrealistischer wordt, heeft meerdere oorzaken. Enerzijds hebben heel wat jongeren een droombeeld over hoe ze willen wonen, vaak gebaseerd op de omgeving waarin ze zelf opgroeiden. “Maar we leven natuurlijk niet meer in dezelfde tijd als onze ouders,” zegt Nicolas. “We gaan nu stedenbouwkundig helemaal anders om met ruimte, die ook een stuk schaarser is geworden. Daarnaast speelt ook sociale media en de leefomstandigheden van mensen naar wie opgekeken wordt een rol in het hoge verwachtingspatroon.”
Ook de actualiteit speelt mee. “Door de COVID-pandemie is een thuiswerkplek of bureauruimte nu een absolute noodzaak geworden in een woning,” zegt Nicolas, “net zoals een tuin of buitenruimte. Ook de oorlog in Oekraïne zorgt voor een duidelijke impact. Bij een huisbezoek krijgen we opvallend meer de vraag of de woning verwarmd wordt met gas. Een tijdje geleden was een efficiënte, zuinige gasketel standaard in een nieuwbouwwoning, vandaag worden woningen daarvoor afgestraft.”
Realistische verkoopprijs
“Ook verkopers hebben niet altijd een realistisch beeld van een goede verkoopprijs. Een woning heeft voor hen een bepaalde waarde en ze hebben maar één kans om die te verkopen. Het is logisch dat ze een goede prijs willen realiseren, maar ook dat moeten we als makelaar soms wat nuanceren.”
Jonge koppels willen bovendien niet meer wachten. Nicolas: “Veel kopers willen vandaag een huis dat ‘af’ is. De gedachte we zullen de zolderkamer binnen een paar jaar wel onder handen nemen is niet meer van deze tijd. Vroeger kochten de mensen een woning om die vervolgens in de komende 25 jaar beetje bij beetje te renoveren. Vandaag willen kopers alles meteen, én tot in de puntjes in orde. De meesten zijn zelfs bereid om daar toegevingen in te doen naar ruimte toe.”
“De huizen die snel verkocht raken zijn vaak niet de goedkope maar net de iets duurdere huizen. Dat komt omdat er weinig huizen zijn die volledig instapklaar en mee-met-de-tijd zijn. Als een huis wel aan al die criteria voldoet, zijn er gewoonweg meer kandidaten dan er aanbod is.”
Van verkopersmarkt terug naar kopersmarkt
De huizenmarkt was de afgelopen twee jaar dan ook vrij atypisch te noemen. De kans dat dit op termijn weer zal normaliseren en dat de budgetten uiteindelijk weer zullen dalen is volgens Nicolas groot: “We zaten nu op een piek van een verkopersmarkt. Verkopers kunnen bij wijze van spreken vragen wat ze willen. Er wordt opgeboden en overboden. Er is weinig aanbod en iedereen staat te springen om te kopen. Maar het consumentenvertrouwen is laag en – rekening houdend met het feit dat de rente nog zo’n 2 jaar zal stijgen – zal je op een bepaald moment voelen dat je minder kan bieden voor een bepaald huis. Zo zullen we uiteindelijk terug in een kopersmarkt terechtkomen en zal die markt terug stabiliseren.”